Cosmetische chirurgie
Oorcorrectie
Bij deze operatie worden afstaande oorschelpen gecorrigeerd.
De dag van de operatie
U mag de dag van de operatie gewoon ontbijten. De ingreep gebeurt onder plaatselijke verdoving en duurt ongeveer één uur. U blijft dus volledig bij bewustzijn. Bij jonge kinderen adviseren wij om de operatie onder narcose uit te voeren. Zij moeten dan nuchter naar de kliniek komen en kunnen dezelfde dag naar huis. Als u het prettig vindt een kalmeringsmiddel te gebruiken, is dat mogelijk. Er hoeft bij de operatie geen haar te worden weggeknipt. Het plaatselijk verdoven, kan gevoelig zijn. De insnijdingen in de huid komen aan de achterkant van het oor te liggen. Eerst wordt het kraakbeen van de oorschelp losgemaakt van de huid. Vervolgens wordt in de voorzijde van het kraakbeen een aantal oppervlakkige insnijdingen gemaakt. Dit geeft een licht knarsend geluid. Die insnijdingen geven als het ware meer ruimte, waardoor het kraakbeen spontaan gaat plooien en de oren in een normale stand komen te staan. Hierna wordt de huid met enkele hechtingen gesloten, deze zijn oplosbaar en hoeven niet verwijderd te worden.
Na de operatie
Uw oren worden na de operatie verbonden. Deze bescherming wordt op zijn plaats gehouden met een drukverband om het hoofd. U kunt het beste kleding dragen met een ruime halsopening of met knopen, zodat uw gezicht niet wordt aangeraakt bij het aan- of uittrekken. Een bril kunt u ondanks het verband wel dragen. U krijgt een recept mee voor pijnstillende tabletten die u kunt gebruiken bij eventuele napijn. Vanwege het verband zult u minder goed kunnen horen. Bukken kan een onplezierig gevoel geven. Zorg ervoor dat iemand u na de operatie naar huis kan brengen.
Risico’s
Aan elke operatie is een zeker risico verbonden. De belangrijkste risico’s bij een operatieve correctie van afstaande oorschelpen zijn een nabloeding of een infectie. Mocht zich bij u een nabloeding of infectie voordoen, dan zal ik vanzelfsprekend maatregelen nemen.
Controle
Een week na de operatie volgt een controle op de polikliniek en worden het verband verwijderd. Nu mag u uw haar weer wassen.
Wanneer het verband verwijderd is, staan de oren zeer plat tegen het hoofd. In de loop van enkele weken wordt de stand normaal. Het gezwollen en blauw verkleurd zijn van de oorschelpen verdwijnt eveneens binnen enkele weken. De kans bestaat dat de oren gevoeliger of juist minder gevoelig geworden zijn, bijvoorbeeld voor kou. Ook dit verschijnsel is meestal van tijdelijke aard.
Bij de controle krijgt u een elastisch windsel mee dat u nog minstens een week ’s nachts moet dragen om een goede stand van uw oren te behouden. De littekens kunnen met een huidcrème soepel worden gehouden. Na drie maanden volgt een tweede controle.
Facelift
Bij een facelift wordt de verslapte huid bij wangen en hals weggewerkt door het opnieuw aanspannen van de huid. U mag niet verwachten dat na een facelift alle rimpels volledig verdwenen zijn. Bij praten, lachen en andere gezichtsbewegingen ontstaan als uiting van de gelaatsexpressie rimpellijntjes, die ook na een facelift zullen blijven bestaan.
Duur van de opname: één dag.
De operatie wordt uitgevoerd onder plaatselijke verdoving. Alvorens deze verdoving wordt toegediend krijgt u een kalmerend middel in één van de aderen gespoten zodat u de injecties voor de plaatselijke verdoving niet zult voelen.
Wij adviseren U om de dag voor de operatie na 24.00, niet meer te eten, wel mag U een kleine hoeveelheid water of thee ’s ochtends te gebruiken alvorens U naar de kliniek komt.
Voorbereiding thuis
Het wordt aanbevolen om ruim voor de operatie één à twee kilo te vermageren en het roken gedurende zes weken voor de operatie tot een minimum te beperken. Dit omdat er door roken een verhoogd risico ontstaat op nabloedingen. Om dezelfde reden wordt bovendien het gebruik van aspirine gedurende deze periode ontraden. In de week voor de operatie adviseren wij u om uw haren en gezicht om de dag te wassen met een desinfecterende shampoo. ( Betadine )
De operatie
Het gebruik van cosmetica is op de dag van de operatie niet toegestaan. Voor een facelift is het niet nodig om plaatselijk haren weg te knippen of te scheren. De operatie duurt circa twee uur tot 3 uur. De insnijding (het latere litteken) loopt van de slaap in de plooi van uw oor, vervolgens onder en achter het oor naar de behaarde huid op het achterhoofd. Er blijft dus geen zichtbaar litteken over. De huid wordt losgemaakt tot halverwege of voorbij de wang en hals. Hierna wordt de oppervlakkige halsspier losgemaakt en zoveel als nodig aangespannen. Indien noodzakelijk wordt tegelijkertijd het teveel aan vet onder de kin weggezogen. Eventueel kan ook vet door middel van lipofilling worden aangebracht onder uw huid, om eventuele onregelmatigheden of contourdefecten aan te vullen. Tenslotte wordt het teveel aan huid verwijderd en wordt de huid weer gesloten. De injecties die voor de plaatselijke verdoving noodzakelijk zijn zult u niet merken door het toegediende kalmerende middel. Onder de huid worden twee kleine handschoenslipjes aangebracht, waardoor wondvocht kan aflopen. Bovendien krijgt u een verband met vochtige watten om het hoofd. Het kan zijn dat u hierdoor iets minder goed kunt horen.
Na de operatie
Na de operatie kunt U nog enige tijd in de kliniek verblijven, indien u zelf aangeeft dat u zich goed voelt, kunt u weer na overleg weer naar huis. U krijgt het mobiele nummer van de dokter, welke altijd bereikbaar is.
Het hoofdverband en de handschoendrains worden op de dag na de operatie verwijderd. Uw gezicht kan daarna gezwollen en licht verkleurd zijn. Deze verschijnselen zijn normaal en zijn meestal na een week weer verdwenen. Uw huid kan ook strak aanvoelen en u kunt spierpijn hebben in het hoofdhalsgebied. Bukken kan de eerste dagen na de operatie een onprettig gevoel geven. Na het verwijderen van het verband kunt u weer zelf uw haar wassen. Bovendien moet u ‘s ochtends en ‘s avonds een vochtig kompres voor, onder en achter het oor aanbrengen om zwelling tegen te gaan. Dit kompres kunt u na ongeveer een uur verwijderen. Hierna brengt u een kleine hoeveelheid antibiotische zalf (chlooramfenicoloogzalf of globenicol) op de littekens aan. U moet deze behandeling gedurende de eerste twee weken na de operatie te continueren.
Complicaties
De belangrijkste complicaties die kunnen optreden, zijn bloedingen en/of infecties. Gelukkig komen deze zelden voor. Als zich een bloeding voordoet, wil dat zeggen dat er bloed onder de huid ophoopt. Meestal verdwijnt een dergelijke bloeduitstorting vanzelf, soms wordt het bloed operatief verwijderd. Deze complicatie heeft geen invloed op het uiteindelijke resultaat. Indien er sprake is van een infectie, dan zal het betreffende gebied warm, gezwollen en pijnlijk zijn. In dat geval kan op de plaats van het litteken een kleine opening worden gemaakt waardoor de ontstekingshaard wordt ontlast.
Na de operatie kan uw huid zowel een doof gevoel hebben als overgevoelig zijn, voor bijvoorbeeld koude. Dit verschijnsel is van tijdelijke aard en verdwijnt meestal na maximaal na 6 maanden tot 1 jaar.
Controle
Een week na de operatie komt u op het spreekuur terug voor controle en mag u weer make-up gebruiken. Twee weken na de operatie worden de hechtingen verwijderd. U kunt hierna uw gezicht regelmatig insmeren met een vette crème om de huid soepel te houden en u mag nu weer naar de kapper. Na drie maanden volgt opnieuw een controle.
Vragen:
Bij vragen kunt u ons bellen op telefoonnummer : 0888 – 77 77 99
Resultaat
U kunt verwachten dat -indien uw gewicht niet sterk varieert- het resultaat 10 tot 15 jaar behouden blijft.
Neuscorrectie
De technische vorm voor neuscorrectie, rhinoplastiek, is aan het grieks ontleend. Het betreft het veranderen van de uiterlijke vorm van de neus. Verschillende elementen van de neus kan men door deze ingreep wijzigen en wel het profiel van de neusrug, de neustip, de neusvleugels en de relatie tussen de lip en punt van de neus. Indien noodzakelijk wordt bovendien het neus-tussenschot rechtgezet en kunnen eventuele verdikte uitvoergangen van de neusbijholten smaller worden gemaakt. Dit laatste gebeurt alleen indien er sprake is van een beperkte neusademhaling. Uiteraard wordt dit van tevoren met u besproken. In vijf procent van de gevallen is later nog een correctie nodig om het gewenste resultaat te verkrijgen. Deze tweede ingreep is meestal veel kleiner en gebeurt poliklinisch onder plaatselijke verdoving. De correctie wordt over het algemeen onder algehele narcose uitgevoerd. De duur van de opname is gemiddeld één dag.
Voorbereiding thuis
De dag voor opname mag u na 24.00 uur niet meer eten of drinken. U komt nuchter naar de kliniek, u kunt op de dag van behandeling wel ’s morgens uw tanden poetsen.
De operatie
De operatie duurt ongeveer één uur en wordt vrijwel altijd via de binnenkant van de neus uitgevoerd, zodat er later geen zichtbare littekens zijn. Als de neusvleugels verkleind worden, blijven er aan weerszijden van de neus littekens over. Deze zijn echter nauwelijks zichtbaar.
Na de operatie
Na de operatie heeft u een infuus. Die mag er na korte tijd uit en dan kunt u uit bed. In uw neus zitten twee tampons. U kunt dus niet door de neus ademen, wat een benauwd gevoel en een droge mond geeft. Op de neusrug zit met pleisters een kapje vast, als steun voor de nieuwe vorm en om zwelling tegen te gaan. Door dit kapje verplaatst de zwelling zich als het ware naar de oogleden en de wangen. Die kunnen daardoor blauw en gezwollen zijn. Deze verschijnselen zijn doorgaans na één week verdwenen. Ongeveer drie dagen na de operatie worden de tampons uit de neus verwijderd. U mag de neus nu voorzichtig snuiten. Verder wordt u geadviseerd om driemaal per dag wat zout water door de neus op te snuiven, waarna u de binnenkant van de neus met een wattenstokje met een klein beetje Vaseline kunt schoonmaken.
De spraak kan nog enige tijd vol klinken, vanwege de zwelling van het slijmvlies.
Risico’s
Aan elke operatie is een zeker risico verbonden. De belangrijkste risico’s bij een neuscorrectie zijn een nabloeding of een infectie. Mocht zich bij u een nabloeding of een infectie voordoen, dan zal uw behandelend chirurg hiervoor vanzelfsprekend maatregelen nemen.
Controle
Een week na de operatie komt u voor controle op de polikliniek; het neuskapje wordt dan verwijderd. De neus kan er nog wat gezwollen uitzien. Hierna mag u de neus regelmatig masseren met een gezichtscrème om de zwelling te verminderen. Het duurt enige maanden voordat de definitieve vorm van de neus wordt bereikt. Na zes weken functioneert de neus weer normaal. Het kan zijn dat uw neus wat minder gevoelig is. Dit verschijnsel is echter van tijdelijke aard.
De eerste vier weken na de operatie moet u voorzichtig zijn en proberen botsingen te voorkomen. Daarom wordt het beoefenen van sporten als voetbal en tennis gedurende die periode afgeraden. Na drie maanden volgt opnieuw een controle.
Ooglidcorrectie
Bij deze operatie kunnen zowel de wallen onder de ogen als de verslapte overhangende bovenoogleden worden gecorrigeerd.
De dag van operatie
Op de dag van de operatie mag u gewoon ontbijten. De operatie duurt ongeveer een half uur voor de bovenoogleden en circa drie kwartier voor de onderoogleden en gebeurt onder plaatselijke verdoving. U blijft dus volledig bij bewustzijn. Vindt u het prettig een rustgevend middel te gebruiken, vraag er dan om. Tijdens de operatie wordt bij de bovenoogleden een insnijding gemaakt in de plooi van het bovenooglid. Bij de onderoogleden wordt vlak langs de wimperrand een insnijding gemaakt. Het teveel aan huid en vetweefsels wordt bij de bovenoogleden weggenomen, bij de onderoogleden is het verwijderen van het vet afhankelijk van de hoeveelheid vet die ter plaatse aanwezig is, in sommige gevallen wordt het vet niet weggenomen maar wordt dit zodanig teruggehecht dat een normale contour van het onderooglid wordt hersteld. Afhankelijk van de hoeveelheid huid wordt tijdens de operatie besloten of huid al dan niet verwijderd dient te worden. De insnijding van zowel het boven- als het onderooglid wordt met een dunne draad die onder de huid gelegen ligt gesloten. De littekens zijn zo gelegen dat ze niet opvallen.
Na de operatie
De eerste aanblik van uw ogen kan na de operatie wat tegenvallen. De oogleden kunnen gezwollen en blauw verkleurd zijn. Deze verkleuringen zijn meestal binnen een week verdwenen. Bovendien kan het zijn dat u na de operatie niet zo goed ziet. De oogspieren zijn door de verdoving tijdelijk uitgeschakeld en het kan enige tijd duren voor de verdoving helemaal is uitgewerkt. Het is daarom onverantwoord om zelf aan het verkeer deel te nemen wanneer u de kliniek verlaat. Zorg ervoor dat iemand u komt halen. Om zwelling zoveel mogelijk tegen te gaan, wordt u geadviseerd om een week lang, minimaal 4x per dag, een oogkompres op uw ogen te leggen. Concreet houdt dit in : u kunt het beste een make-up watje nat maken met koud water ( uit de kraan ) en dit legt u gedurende circa een half uur op de ogen. Hierop legt u een klein beetje ijs, b.v. in de vorm van wat diepvriesdoperwten die in een plastic zakje zitten, deze voegen zich namelijk goed naar uw ogen. Aan de binnenkant en de buitenkant van het ooglid bevindt zich een klein pleistertje, dat de hechtingen op hun plaats houdt. Laten deze pleistertjes los, breng dan nieuwe aan. U krijgt er een aantal mee naar huis. De dag na de operatie moet u ’s avonds een kleine hoeveelheid antibiotische zalf op de littekens aanbrengen. U kunt dit doen door met de punt van de tube langs het litteken te gaan of het met de top van uw vinger aan te brengen. Dit dient u de gehele week te continueren. U krijgt hiervoor een (Globenicol oogzalf) recept mee.
Past u de eerste dagen op met bukken en buig uw hoofd zo min mogelijk voorover. Uw ogen kunnen lichtgevoelig zijn en branderig aanvoelen. Neem daarom bijvoorbeeld een zonnebril mee naar de kliniek en draag deze indien dit nodig is. Rokerige ruimtes kunt u beter vermijden.
Risico’s
Aan elke operatie is een risico verbonden. De belangrijkste risico’s die bij een ooglidcorrectie kunnen optreden zijn bloeding of infectie. De kans hierop is uitermate gering. Mocht zich onverhoopt toch een dergelijke situatie ontstaan neemt u dan zo snel mogelijk contact met ons op zodat wij u hiervoor kunnen behandelen.
Controle
Een week na de operatie komt u voor het verwijderen van de hechtingen en voor controle op de polikliniek. Hierna is het gebruik van oogmake-up weer toegestaan. De littekens genezen mooier als u ze vanaf dit moment soepel houdt met een vette crème. Gedurende de eerste zes weken wordt u aangeraden de littekens zo min mogelijk bloot te stellen aan fel zonlicht. Gaat u toch in de zon, gebruik dan een zonnebril en een goede zonnecrème met een hoge beschermingsfactor.
Na drie maanden volgt opnieuw een controle.
Borstcorrecties
Borstverkleining
In het eerste gesprek wordt onder andere met u besproken hoe groot uw borsten na de operatie worden. U krijgt de maat beha op, die u mee moet nemen naar het ziekenhuis. Het is prettig er twee te hebben, zodat u van beha kunt wisselen. Het gevoel in de tepels zal in het begin na de operatie iets minder zijn, maar gemiddeld zien wij dat dit zich na zes tot twaalf maanden hersteld. het geven van borstvoeding na de operatie is in theorie mogelijk,echter indien u stuwing ervaart dan dient Uu geen borstvoeding te geven. Bovendien bestaat de mogelijkheid dat de borsten na het voeden eerder verslappen. De opname duurt gemiddeld één dag.
Voorbereiding thuis
De dag van opname mag u na 24.00 uur niet meer eten of drinken. U komt nuchter naar de kliniek. Het is prettig kleding mee te nemen die u gemakkelijk aan en uit kunt doen (bijvoorbeeld met knopen aan de voorkant). Na de ingreep zijn de littekens gevoelig bij het omhoog doen van de armen.
De operatie
De operatie duurt gemiddeld anderhalf uur en vindt plaats onder narcose. Er wordt een insnijding rond de tepelhof gemaakt en van daaruit schuin naar beneden. Op die plaats komt dus het litteken. Als u later een beha of bikini draagt, vallen de littekens daaronder weg. Onder de tepelhof en erachter, naar de grote borstspier toe, wordt het teveel aan borstklierweefsel weggehaald. U krijgt later te horen hoeveel weefsel verwijderd is. In iedere borst wordt een ‘drain’ geplaatst, een klein slangetje waardoor het wondvocht wordt afgevoerd.
Na de operatie
Na de operatie heeft u een infuus. Dit mag er uit als u voldoende wakker bent en dan kunt u uit bed. Meestal worden de drains de dag van de operatie verwijderd, mochten deze iets meer vocht produceren dan verwacht dan laten wij deze tot de volgende dag zitten en dient u terug te komen op de polikliniek voor verwijderen van deze drains en het verband verwisseld. Enkele uren na de ingreep kunt u de kliniek weer verlaten. Het litteken kan het eerste jaar wat rood zijn, dit trekt in de loop der tijd geleidelijk weg. U kunt uw borsten thuis wassen met zeep. Daarna verbindt u ze met een vettig gaas en daaroverheen een droog gaas. U krijgt voor deze verbandmiddelen een recept mee.
Risico’s
Aan elke operatie is een zeker risico verbonden. De belangrijkste risico’s bij een borstverkleinende operatie zijn een nabloeding of een infectie. Mocht zich bij u een dergelijke complicatie voordoen dan zullen wij dit behandelen.
Controle
Twee weken na de operatie worden bij een poliklinische controle de uitwendige hechtingen verwijderd. De overige hechtingen zitten onder de huid en zijn oplosbaar. U wordt nu geadviseerd de littekens eenmaal per dag met een littekenzalf in te smeren b.v. Calendula. Het is verstandig dit gedurende drie maanden te blijven doen. U wordt aangeraden nog zes weken lang ook ’s nachts een beha te dragen. Het is belangrijk dat u die zes weken uw armen niet te veel en niet te krachtig gebruikt. Niet omdat u dit niet kunt, maar omdat anders de littekens te veel rekken. Hierdoor worden ze lelijk. Dit betekent: niet te zwaar tillen (geen zware boodschappen dragen) en niet te hoog reiken.
Houd hier rekening mee met uw huishoudelijke werkzaamheden en mogelijk ook bij activiteiten op uw werk. Regel zo nodig tijdig hulp. Na drie maanden volgt weer een controle en vervolgens na een halfjaar.
Borstvergroting
Wanneer kan een borstvergrotende operatie worden uitgevoerd?
Over het algemeen komt een vrouw pas in aanmerking voor een borstvergrotende operatie, als er zekerheid bestaat dat geen verdere spontane borstvorming zal plaatsvinden. Dit zal normaal gesproken op z’n vroegst rond het 18e levensjaar beoordeeld kunnen worden. In de praktijk vragen veel vrouwen om borstvergroting na voltooiing van het gezin.
In principe wordt een borstvergrotende operatie niet vergoed.
De operatie
De operatie duurt ongeveer één uur en vindt plaats onder narcose; de opnameduur is één dag . In de oksel, de huidplooi onder de borst of in het tepelhof wordt een huidsnede van gemiddeld 3 tot 4 centimeter lengte gemaakt. Afhankelijk van de vorm van uw borst, wordt in overleg met u besloten welke techniek zal worden toegepast. Vervolgens wordt achter de klier of onder de grote borstspier een holte gemaakt, waarin de prothese wordt geplaatst. Ook passen wij de zogenaamde “Dual Plane” techniek toe, dit betekent dat de klier gedeeltelijk wordt losgemaakt van de grote borstspier, waarna een tweede holte wordt gemaakt onder de grote borstspier, het voordeel van deze techniek is dat bij het naar voren komen van de grote borstspier door de ingebrachte prothese, de klier iets naar beneden kan zakken, waardoor een volledige bedekking van de prothese door klier en spier wordt bereikt, ook cosmetisch geeft dit over het algemeen een fraai resultaat. In iedere borst wordt na het plaatsen van de prothese een drain (een slangetje waardoor het wondvocht kan afvloeien) aangebracht; het wondvocht wordt in twee plastic flessen opgevangen en wordt gemiddeld na enkele uren tot maximaal 24 uur, verwijderd. De littekens die ontstaan, zijn meestal later nauwelijks zichtbaar. Na de ingreep blijft het geven van borstvoeding mogelijk. U hoeft bij het sporten niet extra voorzichtig te zijn, omdat u prothesen heeft; het geïmplanteerde materiaal kan namelijk net zoveel verdragen als uw eigen weefsel. De prothesen hebben geen invloed op het ontstaan van kanker. Bij zelfonderzoek naar knobbeltjes in de borst, vormt de prothese geen belemmering; omdat het borstweefsel meer naar voren is gekomen, zal een eventuele oneffenheid juist eerder voelbaar zijn.
Tijdens het eerste gesprek wordt onder meer met u besproken hoe veel de borsten zullen worden vergroot. U krijgt te horen welke maat bh u bij de opname kunt meenemen.
Na de operatie
Na de operatie heeft u een infuus; die mag er al snel uit en dan kunt u uit bed; de twee plastic flesjes waar wondvocht in wordt afgezogen, kunt u met u meedragen. Na enkele uren tot maximaal één dag, kunnen deze drains worden verwijderd, waarna u naar huis kunt, gaat u met de drains naar huis, dan komt u de dag na de operatie terug op de polikliniek voor controle en het verwijderen van de drains. De hechtingen worden één week na de operatie verwijderd. Tot die tijd moet u het verband dagelijks verwisselen. Bij ontslag krijgt u een recept voor verbandmiddelen mee, om u zelf thuis te verbinden. U mag baden en douchen, echter alleen met een desinfecterende zeep.
Over de borstprothese
Het menselijk lichaam reageert op het inbrengen van een vreemd voorwerp met afkapseling door een bindweefsellaagje. Rond iedere ingebrachte borstprothese wordt door het lichaam een kapsel van bindweefsel gevormd. Indien de vorming van dit bindweefsel overmatig is, spreekt men van kapselvorming. Het gevolg hiervan is dat de borst abnormaal rond en stevig zal aanvoelen. In onze serie van meer dan 2500 patiënten is het risico voor kapselvorming circa 1 %. Zoals u wellicht weet, zijn er meerdere prothesen op de markt. Met u wordt besproken welke prothese in uw geval het best kan worden gebruikt. Over het algemeen gebruiken wij siliconenprothesen in de verschillende typen van het merk Mentor. (Perthese)
In de jaren ’90 is de siliconenborstprothese in opspraak geweest. Er zijn vrouwen die menen door siliconen ziek te zijn geworden. Auto-immuunziekten, zoals reuma en vermoeidheidsklachten, werden toegeschreven aan de siliconen. Wereldwijd uitgebreid wetenschappelijk onderzoek hiernaar heeft aangetoond dat er geen verband bestaat tussen deze zogenaamde autoimmuunziekten en borstprothesen. Bij vergelijking van de gezondheidstoestand van groepen vrouwen met en zonder prothesen, konden geen verschillen worden vastgesteld.
De huidige medische opvatting is dat er geen aanwijzingen zijn dat inwendige siliconenborstprothesen een risico opleveren voor de gezondheid. De fabrikant geeft op de thans geproduceerde prothesen een levenslange garantie. Mocht u twijfelen of er iets aan de hand is met uw prothesen, na bijvoorbeeld een ongeluk of een val, dan kan door middel van een MRI-onderzoek worden nagegaan of de prothesen nog intact zijn.
Controle
Eén week na de operatie komt u voor het verwijderen van de hechtingen en voor controle op de polikliniek. Als de hechtingen er uit zijn, kunt u weer een gewone zeep gaan gebruiken. Gedurende ten minste vier tot zes weken na de operatie is het aan te bevelen om zowel overdag als ’s nachts een steunende beha te dragen, vermijd gedurende deze periode zwaar tillen en overmatig gebruik van uw armen. Houd hier rekening mee en regel tijdig dat u hulp heeft. Drie maanden na de operatie volgt een tweede controle. Een laatste controle wordt één jaar na de operatie uitgevoerd, hierna adviseren wij u om iedere 5 jaar uw borsten te laten controleren.
Borstlift
In het eerste gesprek wordt onder andere met u besproken hoe groot uw borsten na de operatie worden. U krijgt de maat beha op, die u mee moet nemen naar het ziekenhuis. Het is prettig er twee te hebben, zodat u van beha kunt wisselen. De kans bestaat dat het gevoel in de tepels minder wordt, maar meestal komt dit na enkele maanden weer terug. U wordt afgeraden na de operatie borstvoeding te geven. De moedermelk kan namelijk gaan stuwen. Bovendien bestaat de mogelijkheid dat de borsten na het voeden eerder verslappen. De opname duurt gemiddeld twee dagen.
Voorbereiding thuis
De dag van opname mag u na 24.00 uur niet meer eten of drinken. U komt nuchter naar de kliniek. Het is prettig kleding mee te nemen die u gemakkelijk aan en uit kunt doen (bijvoorbeeld met knopen aan de voorkant). Na de ingreep zijn de littekens gevoelig bij het omhoog doen van de armen.
De operatie
De operatie duurt gemiddeld anderhalf uur en vindt plaats onder algehele narcose. Er wordt een insnijding rond de tepelhof gemaakt en van daaruit schuin naar beneden. Op die plaats komt dus het litteken. Als u later een beha of bikini draagt, vallen de littekens daaronder weg. Onder de tepelhof en erachter, naar de grote borstspier toe, wordt het borstklierweefsel losgemaakt en vervolgens wordt de huid hierover opnieuw gesloten. Er wordt bij deze operatie dus geen klierweefsel verwijderd. In iedere borst wordt een ‘drain’ geplaatst, een klein slangetje waardoor het wondvocht wordt afgevoerd. Het uiteindelijke litteken dat u na een borstlift overhoudt kan variëren van uitsluitend een litteken rond de tepelhof tot een litteken rond de tepelhof en schuin naar beneden, dit is afhankelijk van de techniek die gevolgd wordt. U wordt hier van tevoren over geïnformeerd.
Na de operatie
Na de operatie heeft u een infuus. Dit mag er uit als u voldoende wakker bent en dan kunt u uit bed. Na een dag worden de drains verwijderd en het verband verwisseld. Het litteken kan het eerste jaar wat rood zijn, dit trekt in de loop der tijd geleidelijk weg. De dag na de operatie mag u naar huis. U kunt uw borsten thuis wassen met zeep. Daarna verbindt u ze met een vettig en daaroverheen een droog gaas. U krijgt voor deze verbandmiddelen een recept mee.
Risico’s
Aan elke operatie is een zeker risico verbonden. De belangrijkste risico’s bij een borstverkleinende operatie zijn een nabloeding of een infectie. Mocht zich bij u een dergelijke complicatie voordoen dan zal uw behandelend chirurg hiervoor vanzelfsprekend maatregelen nemen.
Controle
Twee weken na de operatie worden bij een poliklinische controle de uitwendige hechtingen verwijderd. De overige hechtingen zitten onder de huid en zijn oplosbaar. U wordt nu geadviseerd de littekens eenmaal per dag met een littekenzalf in te smeren (u krijgt hiervoor een recept mee). Het is verstandig dit gedurende drie maanden te blijven doen. U wordt aangeraden nog zes weken lang ook ’s nachts een beha te dragen. Het is belangrijk dat u die zes weken uw armen niet te veel en niet te krachtig gebruikt. Niet omdat u dit niet kunt, maar omdat anders de littekens te veel rekken. Hierdoor worden ze lelijk. Dit betekent: niet te zwaar tillen (geen zware boodschappen dragen) en niet te hoog reiken.
Houd hier rekening mee met uw huishoudelijke werkzaamheden en mogelijk ook bij activiteiten op uw werk. Regel zo nodig tijdig hulp. Na drie maanden volgt weer een controle en vervolgens na een halfjaar.
Rimpelbehandeling
Talrijke omstandigheden beïnvloeden de natuurlijke collageenstructuur van de huid: leeftijd, vermoeidheid, roken, genetische factoren, stress, ziekten, trauma, de natuurlijke mimiek van het gelaat, de zwaartekracht, het verdwijnen van vet in het gezicht, en zelfs glimlachen! Wij hebben ons toegelegd op de behandeling van rimpels in het gelaat door middel van het injecteren van implantaten (bijvoorbeeld met Restylane , Perlane en Juvederm ) en de behandeling met BOTOX.
Welke rimpels u wilt laten verwijderen en hoe de behandeling zal verlopen, wordt met u besproken.
De genoemde technieken vereisen ervaring van de plastisch chirurg en een gevoel voor esthetiek. Het resultaat van de behandelingen is snel aanwezig en de behandelingen zijn geschikt voor zowel mannen als vrouwen.
De behandeling met injecteerbare producten
Op dit moment zijn er meerdere producten verkrijgbaar waarmee rimpels en/of plooien kunnen worden weggewerkt. Hieronder volgt een opsomming van de producten, waarmee wij in de afgelopen jaren positieve ervaringen hebben opgedaan.
De injecteerbare producten
Pas na ongeveer zes weken kan men beoordelen of er voldoende verbetering is opgetreden. Meerdere behandelingen kunnen nodig zijn om tot een fraai resultaat te komen. Bepaalde huidtypes reageren soms met extra roodheid of een lichte onregelmatigheid, meestal trekt dit vanzelf weer weg.
Restylane en Perlane zijn beide een hyaluronzuurgel; Restylane is met name geschikt om de lippen wat voller te maken. Perlane is door zijn structuur geschikt om diepere plooien en/of rimpels op te vullen. De gel heeft de eigenschap het eigen lichaamsvocht te binden en daardoor het “vuleffect” te veroorzaken.
Meestal is slechts één behandeling noodzakelijk.
Het hyaluronzuur wordt door het lichaam volledig afgebroken en is ongeveer na 1 tot 1,5 jaar verdwenen. Er zijn zeer geringe (tijdelijke) reacties mogelijk in de vorm van enige roodheid en of zwelling.
BOTOX bevat een natuurlijke substantie die in staat is tijdelijk de werking van de spieren te verzwakken. Op de juiste wijze toegepast, kan men daarmee bereiken dat fijne lijntjes zoals kraaienpootjes en lijntjes op het voorhoofd verdwijnen. Ook de behandeling van de fronsrimpel is een goede indicatie.
De werkingsduur is circa vier tot zes maanden. BOTOX wordt hoofdzakelijk gebruikt voor het voorhoofd, de fronsrimpeltjes en de kraaienpootjes. Indien de behandelingen worden voortgezet, zal de werking van BOTOX steeds langer worden.
Er treden nauwelijks bijwerkingen op. Bij de behandeling van het voorhoofd kan er soms tijdelijk stuwing van lymfevocht in de oogleden ontstaan, soms zelfs wat hangende of vermoeide oogleden. Na een paar dagen is deze bijwerking weer verdwenen.
Allergietest
Bij genoemde materialen is een allergietest niet noodzakelijk.
De behandeling
U mag twee dagen voor de bovengenoemde behandelingen geen aspirine of andere medicamenten gebruiken die het bloed dunner maken. Heeft u vragen hieromtrent neem dan contact met ons op.
Voor de behandeling dient het gelaat gereinigd te zijn en mag er geen make-up op het gezicht zijn aangebracht. Enkele minuten voor de behandeling wordt een verdovende zalf (Emla) op de te behandelen gebieden aangebracht. De behandeling duurt circa 10 minuten en is vrijwel pijnloos.
Een lipvergroting
Er zijn meerdere redenen om de bovenlip iets te vergroten. Vaak zijn in de bovenlip kleine verticale rimpeltjes te zien. Daarbij komt dat sommige vrouwen een smalle bovenlip hebben die deze rimpeltjes duidelijker zichtbaar maken. De ervaring heeft geleerd dat het corrigeren van deze smalle bovenlip en het wegwerken van de fijne rimpeltjes meestal zeer fraaie resultaten geeft.
Controle
Ongeveer twee maanden na de behandeling volgt een controle op de polikliniek.
Laserbehandeling
Met een CO2-laser is het mogelijk rimpels en littekens te behandelen. Ook goedaardige pigmentafwijkingen kunnen met behulp van laser minder zichtbaar gemaakt worden.
Gang van zaken
Met de laser wordt een oppervlakkig deel van de huid verdampt. De huid wordt laagje voor laagje afgevlakt en het elastische gedeelte in de huid trekt samen. Hierdoor verdwijnen sterke huidlijnen en rimpels. Bij de behandeling van littekens is het soms nodig om dieper gelegen huid en littekens chirurgisch te verwijderen. Meestal is één behandeling voldoende om het gewenste resultaat te bereiken. De laserbehandeling gebeurt meestal onder plaatselijke verdoving. Als het hele gezicht behandeld moet worden, vindt de behandeling onder algehele narcose plaats. U wordt in dat geval een dag opgenomen.
Voorbereiding thuis
Op de dag van de behandeling is het belangrijk dat u uw huid goed wast met een desinfecterende zeep, die dag ook geen make-up gebruiken.
Behandeling
De plastisch chirurg verdooft met een aantal injecties het te behandelen gebied. Tijdens de behandeling worden uw ogen zo nodig met een oogschildje tegen de laserstralen beschermd. De huid wordt schoongemaakt en ontsmet en het gebied eromheen wordt afgedekt met vochtige glazen. De laserstralen worden via een soort potlood toegediend. Zo nodig wordt daarna stug littekenweefsel chirurgisch verwijderd. De wondjes hiervan worden gehecht en vervolgens wordt het behandelde gebied ingesmeerd met een antibiotische zalf.
Na de behandeling
Direct na de behandeling zal de huid ter plaatse rood en gezwollen zijn. Na ongeveer een week wordt dit minder. Een à twee uur na de behandeling is de verdoving uitgewerkt en kan de huid wat gevoelig zijn. Met het oog daarop krijgt u een recept voor pijnstillers mee.
Na de laserbehandeling wast u uw huid drie à vier keer per dag met lauw water. Daarna brengt u steriele Vaseline op de huid aan. Dit voorkomt korstvorming. Na ongeveer één week is uw huid genezen. Wel zal de huid nog twee à drie maanden rood en gevoelig voor buitenlucht zijn. De eerste week na de behandeling mag u geen cosmetica, parfum of aftershave gebruiken.
Een week na de behandeling komt u terug op de polikliniek.
De huidtherapeute geeft u dan instructies over de verzorging van uw huid. Als u dat wilt, kan zij het behandelde gedeelte met een camouflagecréme verzorgen. Gedurende tenminste drie maanden na de behandeling dient u uw huid tegen de zon te beschermen met een zonnebrandcrème met een hoge beschermingsfactor (minstens 25). Ultraviolet licht bevordert namelijk het aanmaken van pigment in het behandelde gebied. Dit kan tot donkere vlekken leiden. Het duurt gemiddeld drie maanden voordat de huid volledig tot rust is gekomen. Pas dan kan het resultaat goed beoordeeld worden.
Risico’s
Zoals alle operaties brengt ook de laserbehandeling een zeker risico met zich mee. De belangrijkste risico’s van deze behandeling zijn een infectie en overmatige littekenvorming.
Ook kunnen pigmentverschuivingen optreden.
Lipofilling
Bij deze techniek wordt lichaamseigen vet getransplanteerd naar plaatsen die meer contour behoeven. Hierbij valt te denken aan de neus-lipplooien, de lippen, de wangen of andere contourdefecten van het gelaat of het lichaam.
Techniek
Het vetweefsel wordt door dunne buisjes via een kleine steekopening in bijvoorbeeld de buik, de heupen of de knieën weggezogen. De afgezogen massa wordt gecentrifugeerd zodat uitsluitend de levende vetcellen via kleine prikgaatjes worden ingespoten, daar waar meer contour gewenst is. Het vetweefsel wordt in de verschillende huidlagen en de daaronder gelegen bind- en spierweefsels ingespoten. Het is namelijk van belang om de vetcellen zodanig te deponeren dat deze omgeven zijn door bloedvaten, zodat een spontane ingroei van bloedvaten in de getransplanteerde vetcellen kan plaatsvinden. De hoeveelheid vet die verplaatst kan worden, is onbeperkt. Echter, vetcellen die verplaatst worden, zullen bij het dikker worden ook zwellen. Dit betekent dat wanneer men vetcellen van de buik neemt en de buik dikker wordt, de getransplanteerde vetcellen navenant dikker zullen worden. De behandeling duurt van af een half uur tot anderhalf uur en wordt meestal verricht onder plaatselijke verdoving.
Na de operatie
De behandeling duurt één tot anderhalf uur. Hierna worden kleine pleisters op de steekgaatjes aangebracht. Daarna kunt u naar huis. Het behandelde gebied is gezwollen en voelt wat strak aan. Dit verdwijnt meestal na enkele dagen.
Op de plaatsen waar de vetcellen zijn verwijderd, kunnen blauwe plekken te zien zijn. Was daarom deze gebieden dagelijks en breng daarna Heparinezalf aan om de bloeduitstortingen te laten oplossen. De steekgaatjes waardoor de vetcellen zijn verwijderd en zijn ingebracht, behandelt u met antibiotische zalf. (Globenicol) De steekgaatjes zijn meestal binnen één week genezen en geven geen blijvend zichtbare littekens. Gemiddeld verdwijnt twintig procent van de getransplanteerde vetcellen. Dit betekent dat wij over het algemeen een lichte overcorrectie uitvoeren.
Het uiteindelijke resultaat is na ongeveer twee maanden tot drie maanden te beoordelen. Is het naderhand wenselijk nog meer vet te transplanteren, dan is dat altijd mogelijk.
Risico’s
Zoals alle operaties heeft ook de lipofilling bepaalde risico’s. De belangrijkste risico’s zijn een bloeding of een infectie. Mocht dit zich voordoen, dan zal ik u adviseren hoe u dit dient behandelen.
Resultaten
De techniek van transplantatie van vetcellen bestaat reeds dertig jaar, maar is de laatste jaren sterk verbeterd. De resultaten die op dit moment bereikt kunnen worden, zijn voorspelbaar en blijvend.
Controle
Een week na de behandeling komt u voor controle op de polikliniek en vervolgens na twee maanden.
Liposuctie
Vetzucht en abnormale vetstapeling
Vetzucht is een aandoening waarbij te veel vet wordt afgezet op plaatsen waar normaal ook vet voorkomt, zoals het onderhuidse vetweefsel. Het vet wordt uit het voedsel opgenomen in de vetcellen, die aanzienlijk in omvang kunnen toenemen. Het aantal vetcellen blijft echter gelijk omdat er geen nieuwe cellen ontstaan. Abnormale vetstapeling daarentegen is een betrekkelijk weinig voorkomende afwijking, waarbij het vet slechts wordt afgezet op bepaalde plaatsen, zoals heupen of billen, terwijl de vetlaag op het lichaam overigens normaal van dikte is.
Deze aandoening berust op een verhoogd aantal vetcellen op deze plaatsen, als gevolg van een abnormale aanleg.
Ultrasone liposuctie
Met behulp van deze nieuwe techniek is het mogelijk om vet af te zuigen onder zeer lage druk. Met ultrasoundenergie worden de vetcellen kapot getrild. Hierdoor ontstaat een vettige emulsie, die kan worden afgezogen door dunne buisjes. Het voordeel van deze techniek is dat uitsluitend de vetcellen kapot getrild worden en dat bloedvaten, zenuwen en bindweefselstructuren intact blijven. Hierdoor kan de behandelijng zeer nauwkeurig worden uitgevoerd en is het risico om op ongewenste gebieden vet af te zuigen, klein. De grootte van het gebied bepaalt of de operatie onder plaatselijke verdoving of onder algehele narcose wordt uitgevoerd. Dit wordt van tevoren met u besproken. De behandeling wordt meestal in dagverpleging uitgevoerd.
Beperkingen van de methode
Ultrasone liposuctie moet niet gezien worden als en methode om het lichaamsgewicht te verminderen. Bij ernstige vetzucht rekt de huid sterk uit en kan zelfs in plooien gaan hangen. De elasticiteit van de huid is dan niet meer voldoende om zich, na verwijdering van het vetweefsel, aan de nieuwe onderlaag te kunnen aanpassen. In die gevallen moet men ook de overtollige huid verwijderen (dermolipectomie). De hoeveelheid vet die in één keer door middel van liposuctie kan worden verwijderd, is beperkt. In sommige gevallen zal dus na enige tijd opnieuw worden geopereerd. Er blijven kleine littekens achter. De vetstapeling kan niet terugkomen omdat de overtollige vetcellen zijn verwijderd.
De opname duurt één dag.
Voorbereiding thuis
Indien de operatie onder locale anaesthesie wordt uitgevoerd kunt u op de dag van behandeling gewoon eten en drinken. Indien de operatie onder narcose plaatsvindt moet u na 24.00 de avond ervoor nuchter zijn, dus niet meer eten, roken of drinken. U komt nuchter naar de kliniek. Wel kunt u dan op de dag van behandeling ’s morgens normaal uw tanden poetsen.
De operatie
Afhankelijk van het te behandelen gebied duurt de operatie één tot twee uur. Eerst wordt aangetekend welk gebied moet worden behandeld. Vervolgens wordt het te behandelen gebied met een vloeistof gevuld om de vetcellen als het ware groter te maken. Aan deze vloeistof wordt een lokaal verdovend middel toegevoegd. Hierna wordt via een sneetje op een onopvallende plaats een ultrasoundbuis met een diameter variërend van twee tot circa zes mm, ingebracht. Hierna worden allereerst de vetvellen kapot getrild, waarna de emulsie wordt afgezogen. De sneetjes worden met één hechting gesloten. Soms worden drains (slangetjes) ingebracht om wondvocht af te zuigen. Om zwelling zoveel mogelijk te voorkomen, worden om het behandelde lichaamsdeel vochtige watten aangebracht en met stevige elastische windsels of pleisters verbonden.
Na de operatie
De huid zal gezwollen zijn en soms iets verkleurd. Het lijkt dan alsof er niets is weggehaald. De zwelling en de verkleuring trekken na een paar weken weg.
De huid kan ook gevoelig zijn. Gedurende zes weken na de operatie moet u een balletmaillotof een elastieke bandage dragen en de behandelde gebieden twee keer daags met Heparine zalf (Hirudoid) masseren. Soms zijn verhardingen te voelen die pas na weken tot maanden verdwijnen. Het definitieve resultaat wordt bereikt na drie tot zes maanden.
Risico’s
Aan elke operatie is een risico verbonden. De belangrijkste risico’s bij een ultrasone liposuctie zijn een nabloeding of een infectie. Mocht zich bij u een nabloeding of een infectie voordoen, dan zal ik hiervoor vanzelfsprekend maatregelen nemen. Omdat liposuctie een onderhuidse behandeling is, kan het gebeuren dat in een bepaald gebied meer vetcellen worden weggezogen dan de bedoeling was. Dit komt omdat de vetcellen ter plaatse zich wat makkelijker lieten meezuigen.
Als zich een dergelijke situatie mocht voordoen, zal op die plaats de huid iets meer intrekken. Indien dit het geval is dan wachten wij gemiddeld drie maanden om te zien hoe de huid zich herstelt. Afhankelijk van de situatie kan de intrekking eventueel worden gecorrigeerd door middel van lipofilling of het verwijderen van een kleine hoeveelheid vet in de direct omgevende huid. Over het algemeen kan een dergelijke nacorrectie op poliklinische basis onder locale anaesthesie worden uitgevoerd.
Controle
Twee weken na de operatie komt u op het spreekuur terug voor controle en worden de hechtingen verwijderd. Na drie maanden volgt opnieuw een controle.
Buikwandcorrectie
Bij deze operatie wordt overtollige buikhuid verwijderd. De opname duurt één dag.
Voorbereiding thuis
De dag voor opname mag u na 24.00 uur niet meer eten of drinken. U komt nuchter naar de kliniek. Neem ten minste één niet strak zittende pantybroekjes of elastische onderbroekjes mee naar het ziekenhuis. De broekjes moeten steun geven maar mogen beslist niet knellen. Wij kunnen u een steunband voorschrijven.
De operatie
De operatie duurt gemiddeld anderhalf uur en gebeurt onder narcose. Boven de schaamheuvel wordt een ovaalvormige snee gemaakt die van lies tot lies loopt. Omdat de navel op dezelfde plaats moet blijven zitten, zal er in de huid die naar beneden wordt getrokken een opening voor de navel worden gemaakt. Er worden drie drains (kleine slangetjes waardoor het wondvocht kan afvloeien) geplaatst. Het wondvocht wordt opgevangen in drie plastic flessen.
Na de operatie heeft u een verband om de buik, dit verband blijft gemiddeld vijf dagen zitten evenals de drains. Als u thuis bent na de operatie hoeft u het verband de eerste vijf dagen niet te vervangen, wel is het verstandig de drainflesjes zonodig te vervangen, u krijft hiervoor uiteraard nauwkeurige instructie en u krijgt een aantal flesjes mee. 5 dagen na de operatie zien wij u terug op het spreekuur voor controle, het verband en de drains worden dan verwijderd. Hierna kunt u dagelijks douchen en het litteken verbinden met een vet en droog gaas. Hierna dient u een niet te strak zittende pantybroek of elastische steunband te dragen.
Twee weken na de behandeling zien wij u dan weer terug voor controle en worden de hechtingen rond de navel verwijderd, de overige hechtingen zitten onder de huid en hoeven niet verwijderd te worden. De kans bestaat dat de huid van de onderbuik minder gevoelig is, dit verschijnsel verdwijnt gemiddeld na één jaar, soms blijft de huid van de onderbuik altijd iets minder gevoel geven. Lachen, niezen en hoesten, kunnen pijnlijk zijn. Ook is het mogelijk dat u spierpijn op andere plaatsen dan in de buurt van het litteken heeft.
Rechtop lopen, kost waarschijnlijk nog moeite. Het grote litteken zal bij het dragen van een niet al te kleine bikinibroek niet te zien zijn. Het litteken rond de navel zal echter nauwelijks zichtbaar zijn en na ongeveer een jaar grotendeels zijn weggetrokken. Uw stoelgang moet zo vlot mogelijk kunnen verlopen; u kunt daarom altijd om zemelen of een ander laxeermiddel vragen.
Als u naar huis gaat, krijgt u een recept mee voor verbandmiddelen zodat u de wond thuis zelf kunt verbinden. U mag uw buik dagelijks wassen met een desinfecterende zeep.
Risico’s
Aan elke operatie is een zeker risico verbonden. De belangrijkste risico’s bij deze operatie zijn een nabloeding of een infectie. Mocht zich bij u een dergelijke complicatie voordoen, dan zal ik hiervoor vanzelfsprekend maatregelen nemen.
Controle
Nadat de hechtingen twee weken na de operatie verwijderd zijn, kunt u geleidelijk aan weer u normale activiteiten opnemen, zodanig dat u in een periode van 6 weken, weer alles doet. Het is belangrijk dat u gedurende de eerste zes weken tot twee maanden na de operatie, ook de elastische steunband of het pantybroekje ’s nachts blijft dragen.
Het litteken kunt u dagelijks insmeren met een littekenzalf, u krijgt hiervoor van ons een recept. Drie maanden na de operatie zien wij u nogmaals op het spreekuur terug voor controle. Het litteken zal in het begin rood zijn, gemiddeld duurt het één jaar voordat dit is weggetrokken.
Tijdens de eerste vier tot zes weken na de operatie kunt u zich nog wel eens slap voelen. Vermijd daarom zwaar werk als tillen en reiken, en regel van tevoren eventueel hulp. Ga in deze periode niet in de felle zon zitten; dit om ongewenste zwelling als gevolg van warmte te voorkomen.